Historiek...
De Vrije Universiteit Brussel is ontstaan uit de Franstalige Université Libre de Bruxelles (ULB) die in 1834 door de Brusselse advocaat van Vlaamse oorsprong, Pierre-Théodore Verhaegen, gesticht werd. Het was zijn bedoeling een universiteit op te richten die onafhankelijk zou zijn van Staat en Kerk en waar academische vrijheid zou heersen. Hoewel reeds in 1935 aan de faculteit Rechtsgeleerdheid van de ULB cursussen in het Nederlands gedoceerd, werden, duurde het nog tot 1963 voor in vrijwel alle faculteiten cursussen in het Nederlands konden gevolgd worden. Met de wet van 28 mei 1970 werd de op 1 oktober 1969 doorgevoerde splitsing van de oude universiteit in een Nederlandstalige (VUB) en Franstalige (ULB) universiteit, een juridische, administratieve en wetenschappelijke realiteit.
...en basisfilosofie
De Vrije Universiteit Brussel heeft als enige Vlaamse universiteit het principe van 'Vrij Onderzoek' in haar statuten ingeschreven. Dit principe is gebaseerd op een tekst van de Franse wiskundige en natuurfilosoof Henri Poincaré (1854-1912) die zegt dat :
Het denken mag zich nooit onderwerpen, noch aan een dogma, noch aan een partij, noch aan een hartstocht, noch aan een belang, noch aan een vooroordeel, noch aan om het even wat, maar uitsluitend aan de feiten zelf, want zich onderwerpen betekent het einde van alle denken. Het is dan ook niet verwonderlijk dat het VUB-zegel de spreuk 'scientia vincere tenebras' (door wetenschap de duisternis overwinnen) draagt. De bedeltas en de samengeslagen handen op het oranje-wit-blauwe schild in het embleem (de kleuren van de prinselijke vlag van Oranje) verwijzen naar de strijd van de protestantse Geuzen en de Prins van Oranje tegen de Spaanse overheersing en de inquisitie in de 16de eeuw. De spreuk, gecombineerd met de bedeltas en de samengeslagen handen, staan symbool voor het vrije en ongebonden karakter van de Vrije Universiteit Brussel. Een ander basisprincipe, eveneens opgenomen in het organiek statuut van de Vrije Universiteit Brussel, is dat de instelling democratisch beheerd dient te worden. Concreet betekent dit dat alle geledingen, zowel professoren, assistenten, vorsers, studenten als het administratief en technisch personeel, in alle bestuursorganen vertegenwoordigd zijn. Zo garanderen wij dat elke geleding ruime inspraak in de besluitvorming krijgt en aldus deelneemt aan het beleid.